Heel lang geleden was er eens een timmerman Jozef. |
Hij was verliefd op een hele lieve vrouw Maria. |
En op een dag kwam er een engel die vertelde dat Maria een zoon zou krijgen. Hij zou een licht zijn voor alle mensen en hij zal Jezus noemen. |
Maria gaat snel naar Jozef om het goede nieuws te vertellen. |
Daarna gaat naar haar nicht Elisabeth. Ook zij is zwanger. |
Haar baby is Johannes. |
Een soldaat komt langs en zegt dat de keizer gezegd heeft dat iedereen zijn naam moet opschrijven in het boek in stad waar ze geboren zijn. |
Om het Maria wat gemakkelijker te maken tijdens die verre reis koopt Jozef een ezeltje. |
Bij een herberg kloppen ze aan, helaas geen plaats. |
Dan maar verder zoeken. |
De tweede herbergier had het veel te druk en geen tijd. |
In de derde herberg was er ook geen plaats, maar deze zond hen naar een stal. |
Midden in de nacht werd Jezus geboren. |
De herder die bij zijn schaapjes de wacht houdt, schrikt van een fel licht. |
Een engel komt vertellen dat er een baby geboren is in een stal. Hij is de zoon van God. |
daarna komt er een engelenkoor |
De herders gaan onmiddellijk op bezoek. |
en dit was ons publiek (klas juf Katty). Vrijdag deden we het nog eens over, maar nu waren de kleuters van juf Martine aan de beurt. |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten